Brahma-Life
Er zijn de meest uiteenlopende opvattingen over de levensduur en de huidige leeftijd van ons universum, zijn begin en zijn einde.
Het vrome verstand van de Indianen heeft de mythologische beschrijving van de levenscyclus van dit universum (onze energie/materiebel) onder woorden gebracht.
Volgens deze beschrijving leeft elk universum een statige 311 triljoen jaar (311.040.000.000.000.000) en wordt het in de Hindoe-mythologie een Brahma-leven genoemd. Dit Brahma-leven komt weer overeen met 100 Brahma-jaren (of één mega-cyclus Brahma), waarvan er één 3.110.400.400.000.000 jaar omvat, of 360 dagen en nachten van Brahma per jaar.
Er bestaan de meest uiteenlopende opvattingen over de levensduur en de huidige leeftijd van ons universum, het begin en het einde ervan.Het vrome verstand van de Indianen heeft de mythologische beschrijving van de levenscyclus van dit universum (onze energie/materiebel) onder woorden gebracht.Volgens deze beschrijving leeft elk universum een statige 311 triljoen jaar (311.040.000.000.000.000) en wordt het in de Hindoe-mythologie een Brahma-leven genoemd. Dit Brahma-leven komt weer overeen met 100 Brahma-jaren (of één mega-cyclus Brahma), waarvan er één 3.110.400.400.000.000 jaar omvat, of 360 dagen en nachten van Brahma per jaar.Eén dag Brahma (en één nacht Brahma) komt overeen met 14 Manu-perioden, d.w.z. - dageraad en schemering meegerekend - 4.320.000.000 jaar. Eén Manu-periode (d.w.z. de "heerschappij" van een Manu=wereldleraar) duurt 71 z.g. maha-yuga's, ofwel 306.720.000 jaar. Een maha-yuga duurt dus 4.320.000 jaar. Elke maha-yuga kan worden onderverdeeld in vier perioden, waarvan de laatste vier ook bekend zijn uit de Griekse mythologie. Zo komt de krita-yuga overeen met de gouden eeuw van de Grieken, de treta-yuga met de zilveren eeuw, de dvapara-yuga met de bronzen eeuw en de huidige (sinds 3102 v. Chr.) kali-yuga met de ijzeren eeuw. [Paragraaf uit: Prof. Helmuth von Glasenapp, "De vijf wereldreligies", Bertelsmann, Eugen Diederichs Verlag, 1963, 1991].
Volgens de bevindingen van vele mythologische geschriften - evenals van de moderne astro-wetenschap - is er aan het begin van iedere mega-cyclus een oerknal. Deze goddelijke lichtflits veroorzaakt dat de energie van Al Dat Is te voorschijn komt in energetische en materiële vorm en vormt de grote uitdrukking van de schepping op ons niveau.
De sublimiteit van de fysieke wereld - met al haar planeten, zonnestelsels, lokale groepen, melkwegstelsels, clusters en superclusters als habitats enerzijds, en haar "bevolking" van microkosmische visie anderzijds, kenmerkt de "Nacht van de Fout".
En net zoals wij allen deel uitmaken van een grotere en subliemere waarheid, vormen die delen van de microkosmos (met moleculen/ketens, atomen, atoomdeeltjes, quarks, superstrings en hun samenstellende elementen) een eigen wereld, gebaseerd op de ENE energie die de essentie van God is.
Deze grenzeloze en onbegrensde waarheid van de schepping alleen op het "materiële" vlak, is voor twijfelaars aan God een product van toeval. Zij herkennen geen "plan" achter de "werkelijkheid" die ons omringt (en vormt) en kennen dus een stomme rol toe aan de schepping zoals wij die kennen.
De sublimiteit en eeuwigheid van Al Dat Is manifesteert zich echter niet uitsluitend op het "materiële" vlak. En zoals er universa zijn, als zandkorrels in de zee, zo zijn er "dimensies" en ervaringsruimten voor zielen, die niet-fysiek, fysiek en totaal verschillend zijn.
Alleen het eeuwige leeft.
